Elk mens ontvangt per dag meer informatie dan een gemiddelde Nederlander per jaar in 1915 zo las ik laatst. We kunnen echter niet alles lezen of zien dus moeten we selecteren op wat we wél en wat niet willen lezen/zien. Maar hoe filteren we eigenlijk?
Ik betrapte mij er laatst op dat ik eigenlijk vrij snel een ‘mening’ heb wat ik wel of niet zal lezen of, breder gesproken, in mij op wil nemen. Een artikel bijvoorbeeld dat; “Neuro Scientists het gebied hebben ontdekt waar het onbewuste zetelt”, wordt door mij niet gelezen. Dat is vreemd want dat behoort toch (of zou moeten behoren), tot mijn aandachtsgebieden.
Maar onbewust heb ik al een mening over de inhoud van het artikel en skip ik het zonder nadenken. Het logische feit doet zich dus voor dat, door de toenemende informatiedichtheid, we meer gedwongen worden om vooraf een keuze te maken. In de praktijk betekent dit een paradox: door de grote hoeveelheid informatie moeten we selecteren en die selectie wordt gebaseerd op ervaringen en overtuigingen vanuit het verleden. Ofwel: de hokjesgeest neemt toe naarmate er meer informatie wordt aangeboden.
Deze selectie is deels gebaseerd op interpretatie, deels op onbewuste aannames. Daar maakt de reclame en televisie handig gebruik van. Ik werd bijvoorbeeld op een geheel verkeerd been gezet toen ik begon met reizen via de trein, door de term ‘Sprinter’, welke de langzaamste trein is van de NS.
Dit alles bedacht ik mij toen ik de recente beelden vanuit Griekenland zag terwijl het parlement de moeilijke beslissing moest nemen over het steunpakket van Europa en de daarbij behorende bezuinigingen. Dat is, vanuit mijn vakgebied, smullen omdat het geheel over perceptie gaat, over de wijze waarop je informatie tot je neemt. De één is fanatiek tegen het steunpakket “Moet ik nog dieper voor Europa knielen”, de ander is fanatiek vóór: “dit land moet voor mijn kinderen weer opgebouwd worden”. De wijze waarop deze twee partijen informatie tot zich nemen vanuit onbewuste aannames, is zeer lerend. De ene hanteert ‘trots’ als leidraad, de ander ‘zorg’. Wij allen doen dit, elk met een eigen thema. Echter wij hoeven, althans in Nederland, ons dagelijks leven niet (meer) te bevechten waardoor percepties milder en reëler worden. Zodra echter de strijd oplaait, zoals in relaties en teams, kiezen we via ons eigen opgetuigde hokjesgeest die informatie uit, dié ons hokje bevestigt en verstevigt.
Wil Durant (Amerikaanse filosoof 1885-1981) verwoorde onze perceptie op de volgende manier:
Als je alle gewoontes, die ergens op deze wereld als heilig en/of deugdzaam worden beschouwd op een hoop gooit, en alle gewoontes die als goddeloos en ondeugdzaam worden beschouwd, er uit wegneemt…….blijft er niets over.
Wat een fraaie formulering is dit van de perceptie die wij allen hebben op de informatie die we telkens weer moeten interpreteren en een plek geven!
Wat kunnen we, vanuit dit specifieke onderwerp, leren van de Grieken over dit selectief interpreteren van de veelheid aan informatie?
Durf om je heen te kijken, durf andere artikelen, andere meningen, andere overtuigingen tot je te nemen. Het lijkt zo simpel, maar is het niet! Want voor je het in de gaten hebt, heeft je onbewuste al bepaald wat je wel of niet tot je neemt. En daarmee wordt je gevangene van je eigen selectiecriteria. Je daar bewust van worden geeft al een mooie verruiming van je beperkende overtuigingen.
Ik heb het krantenartikel dus toch maar gelezen……
Eduard Baas